Praktische Hulp

Toepassen van NEN 3140

Hier vindt u informatie die ondersteunt bij het toepassen van NEN 3140.

Deze informatie kunt u raadplegen met een betaald abonnement. 

Probeer nu
Handige rekentools

Deze rekentools helpen u om vast te stellen:

Inspectie- en instructietermijnen

Met Bijlage E kunt u vaststellen wanneer een VOP, VP, WV of IV opnieuw instructie moet krijgen. Bijlage I geeft de termijn aan voor inspectie van uw elektrische installaties. Bijlage K geeft de termijn aan voor inspectie van uw elektrische arbeidsmiddelen.

Steekproefbepaling
Met bijlage J kunt u de grootte van de steekproef bepaling bij inspecties van grote aantallen arbeidsmiddelen of installaties.

Rekentools
Artikelen

Rob Kaspers is sinds 1994 werkzaam als technisch adviseur en trainer (theorie en praktijk) op het gebied van veilige elektrische bedrijfsvoering. Zijn expertise ligt in de domeinen laagspanning, middenspanning (10 kV) en hoogspanning (TenneT 150 kV en 380 kV). Rob heeft veel ervaring in het ondersteunen van organisaties bij het implementeren van NEN 3140 en NEN 3840.

Voor Werken met NEN 3140 schrijft Rob regelmatig artikelen die een toelichting geven op de norm.

Artikelen

Nieuwe NEN 3140 sterk doorontwikkeld

Als trainer en adviseur NEN 3140, werk ik nu alweer een paar weken met de nieuwe NEN 3140 + A2 (December 2018). Deze nieuwe NEN 3140 is sterk doorontwikkeld. Veel zaken waar je in de praktijk vaak tegen aanloopt, zijn nu scherper en concreter geformuleerd. Ook zijn technische, organisatorische en maatschappelijke ontwikkelingen meegenomen in deze nieuwe uitgave.

Dat begint al bij de installatieverantwoordelijke. Er is erkenning voor het feit dat niet iedere organisatie een competente MBO-4 elektrotechnisch geschoolde medewerker in dienst heeft om deze rol te vervullen. In dat geval kan de eigenaar, werkgever, verhuurder als installatieverantwoordelijke worden aangemerkt. Voor die persoon kan het dan nodig zijn dat hij of zij delen van die verantwoordelijkheid intern of extern delegeert. Dat zal dan gaan om die zaken waarvoor elektrotechnische kennis en normkennis van belang is.

Veel aanpassingen vallen niet echt op. Toch is het goed dat ze gemaakt zijn. Bijvoorbeeld het feit dat wanneer je werkt in een internationaal gezelschap, je van tevoren overeenstemming moet bereiken over de voertaal. Onduidelijke communicatie kan al snel leiden tot ongelukken.

Voor het inspectiedeel zijn een aantal bepalingen nu concreet omschreven. Bijvoorbeeld dat de circuitimpedantie moet voldoen aan NEN 1010 en dat thermografisch onderzoek kan worden uitgevoerd volgens NPR 8040-1. Ook wordt concreet vermeld aan welke afschakeltijden een aardlekschakelaar moet voldoen. Wel zo praktisch, omdat anders productnormen moeten worden aangeschaft, om achter deze informatie te komen.

Voor het inspecteren van elektrische arbeidsmiddelen is nu rekening gehouden met het feit dat sommige apparaten een nulspanningsbeveiliging hebben en er is ook omschreven hoe je met witgoedapparatuur moet omgaan. Voor het bepalen van de tijd tussen twee opeenvolgende inspecties van elektrische arbeidsmiddelen kom ik met bijlage K nu een stuk realistischer uit voor stationaire apparatuur, zoals bijvoorbeeld een koelkast.

Bij de paragraaf over het spanningsloos werken zijn er puntjes op de i gezet. Zo moet je naast het vergrendelen van een scheider nu ook een bordje of label plaatsen en bij het controleren van de spanningsloosheid van de installatie moet je ervoor zorgen dat je meetpennen zo geïsoleerd zijn, dat ze geen kortsluiting kunnen veroorzaken. Detail misschien, maar wel één die het verschil kan maken. Dat geldt uiteraard ook voor het meten in het algemeen (bijlage H). Wat ook is toegevoegd: De uitvoerenden moeten zich ervan overtuigen dat de installatie op de juiste wijze spanningsloos is gemaakt en dat ze een eigen beveiliging tegen opnieuw inschakelen aanbrengen. Vaak wordt in zo’n geval een slotenvermeerderaar gebruikt.

Voor het onder spanning werken is nu toegelicht wat onder ‘noodzaak’ wordt verstaan. Het geeft duidelijkheid dat dit nu expliciet is gemaakt.

De aandacht voor vlambooggevaar is uitgebreid. Er wordt nu geadviseerd in bijlage B dat de vlamboogenergie op de werkplek moet worden vastgesteld, op basis waarvan de juiste beschermingsmiddelen worden gekozen. Dat betekent dat er een Arc Flash Analysis moet worden gemaakt. Bedrijven die dit hebben gedaan, hebben stickers op de schakelkasten geplaatst, waarop de vlamboogenergie staat vermeld en welke klasse persoonlijke beschermingsmiddelen moeten worden gebruikt en/of welke procedure moet worden gehanteerd. Hopelijk is bijlage B een stimulans voor de markt om deze aanpak op grotere schaal ter hand te nemen. We zijn weer een stuk verder!

Thumbnail
Rob Kaspers
Trainer NEN 3140

januari 2019