Zoeken in normen
918 resultaten
5.101.5
De inspectie van elektrische installaties bestaat uit een visuele inspectie en metingen
en beproevingen.
5.101.5.1 Bij de visuele inspectie van een elektrische installatie wordt nagegaan of:
a) de noodzakelijke tekeningen aanwezig zijn en de juiste informatie vermeld is;
b) de verschillende (installatie)delen eenduidig herkenbaar zijn;
c) de eventueel aanwezige beschadigingen
5.102 Inspectie van elektrische arbeidsmiddelen
5.102.1 Algemeen
Voor arbeidsmiddelen kunnen specifieke normen gelden, bijvoorbeeld:
— voor lasapparaten
NEN‑EN‑IEC 60974‑4;
— voor medische apparatuur
NEN‑EN‑IEC 62353.
De elektrische installaties van uitgebreide, complexe en omvangrijke elektrische arbeidsmiddelen
moeten worden geïnspecteerd volgens
5.101.
OPMERKING Elektrische installaties komen ook voor in omvangrijke
5.102.1 Algemeen
Voor arbeidsmiddelen kunnen specifieke normen gelden, bijvoorbeeld:
— voor lasapparaten
NEN‑EN‑IEC 60974‑4;
— voor medische apparatuur
NEN‑EN‑IEC 62353.
De elektrische installaties van uitgebreide, complexe en omvangrijke elektrische arbeidsmiddelen
moeten worden geïnspecteerd volgens
5.101.
OPMERKING Elektrische installaties komen ook voor in omvangrijke machines, zoals
5.102.2
Elektrische arbeidsmiddelen moeten met een passende regelmaat worden geïnspecteerd.De tijd tussen twee opeenvolgende inspecties is afhankelijk van:
a) de frequentie van het gebruik;
b) de deskundigheid van de gebruiker;
c) de omgeving;
d) de kans op beschadiging.
OPMERKING Het doel van regelmatige inspecties is gebreken te ontdekken die tijdens gebruik zijn
ontstaan
5.102.9
De inspectie van elektrische arbeidsmiddelen moet op de werkplek aantoonbaar zijn.
OPMERKING Een bewijs van inspectie kan bijvoorbeeld zijn:
— een keuringssticker op het apparaat met daarop de datum van de volgende keuring, of
— een register waarin de datum van inspectie, de datum van de volgende inspectie en
de goedkeuring zijn vermeld.
5.102.11
Bij de inspectie door meting of beproeving van een elektrisch arbeidsmiddel wordt
nagegaan of wordt voldaan aan de eisen met betrekking tot:
a) de isolatieweerstand of de reële lekstroom van het elektrisch arbeidsmiddel, zie
5.102.12 t/m
5.102.16;
b) de weerstand van beschermingsleidingen, zie
5.102.17;
c) de juiste werking van aardlekbeveiligingen, zie
5.102.18;
5.102.12
De isolatieweerstand moet worden gemeten met een open gelijkspanning die groter is
dan of gelijk is aan de hoogste nominale bedrijfsspanning.
De minimale isolatieweerstand of de maximale reële lekstroom moet voldoen aan de waarden
in
tabel 102.
Tabel 102
—
Waarden voor de isolatieweerstand en lekstroom
Materieelklasse
Minimale isolatieweerstand
MΩ
Maximale reële lekstroom
mA
6.1.1 Algemene eisen
Alle werkzaamheden moeten worden voorbereid door de installatieverantwoordelijke of
de werkverantwoordelijke. Deze voorbereiding kan door de installatieverantwoordelijke
of de werkverantwoordelijke worden gedelegeerd.
Bij deze voorbereiding moet rekening worden gehouden met:
— de risico’s die zijn verbonden aan de uitvoering van de werkzaamheden;
— de veiligheid van de elektrische
6.2.1 Algemeen
Bij spanningsloos werken moet de werkplek duidelijk worden bepaald en moeten de volgende
vijf essentiële eisen, in de aangegeven volgorde, worden aangehouden:
1) scheiden (zie
6.2.2);
2) beveiligen tegen opnieuw inschakelen (zie
6.2.3);
3) controleren of de elektrische installatie spanningsloos is (zie
6.2.4);
4) aarden en kortsluiten (zie
6.2.5);
5) actieve
6.2.5.1 Algemeen
Als niet met zekerheid vaststaat dat alle delen van een elektrische installatie waaraan
wordt gewerkt spanningsloos blijven, moeten de actieve delen kortsluitvast en betrouwbaar
worden geaard en kortgesloten.
OPMERKING Dat een elektrische installatie spanningsloos blijft, is niet zeker als:
— de elektrische installatie onoverzichtelijk is;
— een vreemde voeding mogelijk is;
Zoeken in de website
52 resultaten
Wanneer mag ik mijzelf een vakbekwaam persoon (VP) noemen?
Een VP kan zelfstandig gevaren en risico’s inschatten en doeltreffende maatregelen nemen. Een VP is verantwoordelijk voor de uitvoering van het eigen takenpakket en moet zich daarvoor kunnen verantwoorden.
Uw werkgever (de hoogst verantwoordelijke voor de veiligheid in het kader van de arbowetgeving of degene aan wie deze taak is gedelegeerd) zal een inschatting maken of u in aanmerking komt voor
Welke opleiding(en) moet ik volgen om aan een NEN 3140-keuringscertificaat te komen?
Allereerst: NEN geeft geen NEN 3140-keuringscertificaten uit. Wel kunt u bij NEN verschillende trainingen volgen op het gebied van NEN 3140. Na afloop krijgt u van ons een certificaat van deelname.
Vanuit de arbowetgeving heeft iedere werkgever een zorgplicht voor zijn medewerkers. NEN 3140 beschrijft hoe men aan deze zorgplicht kan voldoen.
Zo worden in NEN 3140 de uitgangspunten beschreven
Heb ik het als Installatieverantwoordelijke / Werkverantwoordelijke goed gedaan?
Als er toch iets gebeurt, hoe weet ik dan of ik het als Installatieverantwoordelijke/Werkverantwoordelijke (IV/WV) goed heb gedaan?
Dat begint met de vraag: goed gedaan in de ogen van wie? Het kan om meerdere partijen gaan:
de provincie of gemeente (gebruiksvergunning);
de Inspectie SZW (Arbeidsinspectie);
de werkgever of één of meerdere werknemers;
de verzekeraar.
De eerste
Instructiefrequentie personeel
Bijlage E van NEN 3140 geeft aan wanneer de VOP, VP, WV en IV een periodieke instructie moeten hebben. Deze termijn hangt af van:
de ervaring van de personen;
de aard van de werkzaamheden;
de frequentie waarmee de werkzaamheden worden uitgevoerd;
de werkomstandigheden;
de omgeving van de werkplek;
de mate van toezicht;
de mate van verandering van de werkzaamheden;
Schriftelijke voorbereiding van complexe werkzaamheden
Eerder lieten we al zien dat wat er geregeld moet worden om eenvoudige elektrotechnische werkzaamheden door vakbekwame personen (VP) te laten verrichten. Bij eenvoudige werkzaamheden bepaalt een VP zelf hoe hij de werkzaamheden uitvoert aan de hand van NEN 3140 + A3 (4.3.2). Schriftelijke werkinstructies zijn daarbij essentieel.
Dit artikel gaat in op de voorbereiding van gecompliceerde werkzaamheden
Onduidelijkheid over Energie Opslag Systemen
tekst: Gerit Tenkink
foto 1: eigen foto
foto 2: eigen foto
foto 3 en 4: Iwell
In NEN 4288: 2020 NL ‘Bedrijfsvoering van batterij-energieopslagsystemen’ is te lezen wat de eisen voor veilige bedrijfsvoering van batterij-opslagsystemen zijn. Maar wat veilige bedrijfsvoering inhoudt, daar zijn de meningen over verdeeld en nog niet alles is duidelijk omschreven. Brandweer en gemeenten bijvoorbeeld
Is toepassen van NEN 3140 verplicht?
Strikt genomen niet, maar werkgevers kunnen er niet onderuit. Niet alleen in de elektrotechniek, maar in alle sectoren van het bedrijfsleven. Zij zijn volgens de Nederlandse arbowetgeving verplicht te zorgen voor de veiligheid van hun werknemers. Met het toepassen van deze norm kunnen werkgevers aantonen aan hun arboverplichtingen te voldoen.
Wanneer mag ik mijzelf een voldoende onderricht persoon (VOP) noemen?
Een VOP is iemand die geïnstrueerd is op specifieke werkzaamheden. Hij heeft uitleg gekregen over de risico’s bij het uitvoeren van een specifieke taak en de veiligheidsmaatregelen die hij daarvoor in acht moet nemen.
Deze instructie kan worden gegeven door een vakbekwaam persoon of een werkverantwoordelijke.
Uw werkgever (de hoogst verantwoordelijke voor de veiligheid in het kader van de arbowetgeving
Wij keuren elektrische gereedschappen volgens NEN 3140. Deze gereedschappen worden vervolgens naar Duitsland verstuurd voor gebruik. Voldoet onze NEN 3140-keuring dan?
NEN 3140 is een Nederlandse norm die een methode beschrijft hoe een werkgever zijn organisatie zo kan inrichten dat qua elektrische veiligheid aan de Nederlandse arbowetgeving wordt voldaan. De arbowetgeving is echter niet in alle Europese lidstaten gelijk; iedere lidstaat hanteert zijn eigen regels voor het inspectieregime voor elektrische installaties en arbeidsmiddelen. U zult uw inspectie dus moeten