Zoeken in normen
918 resultaten
4.3.1.3
Bij elektrische installaties of elektrische arbeidsmiddelen in elkaars nabijheid is
het essentieel dat er afspraken zijn gemaakt tussen de installatieverantwoordelijken.
4.3.1.4
De toegang tot ruimten met elektrisch gevaar moet aan regels zijn gebonden. De regels
en de controle daarop zijn de verantwoordelijkheid van de installatieverantwoordelijke.
4.3.1.5
De elektrische veiligheid bij alle werkzaamheden moet onder verantwoordelijkheid van
één natuurlijke persoon worden geplaatst, de werkverantwoordelijke.
OPMERKING De werkverantwoordelijke kan tot het personeel van de eigen organisatie of een andere
organisatie behoren.
4.3.1.7
De installatieverantwoordelijke en de werkverantwoordelijke moeten beiden vooraf instemmen
met de voorbereiding en de uitvoering van werkzaamheden.
OPMERKING Voor het werkdomein van de installatieverantwoordelijke en van de werkverantwoordelijke,
zie
bijlage F.
4.3.1.9
De voorbereiding van gecompliceerde werkzaamheden moet schriftelijk plaatsvinden.
4.3.2
Bij eenvoudige elektrotechnische werkzaamheden kan een vakbekwaam persoon bepalen
hoe de werkzaamheden worden uitgevoerd.
OPMERKING Eenvoudige elektrotechnische werkzaamheden zijn bijvoorbeeld:
— overzichtelijke werkzaamheden in eenvoudige elektrische installaties of delen van
elektrische installaties;
— onderhoudswerkzaamheden die worden uitgevoerd volgens vaste procedures.
4.3.104
De overdracht van verantwoordelijkheid voor de veiligheid en het tijdstip waarop deze
overdracht heeft plaatsgevonden, moeten worden vastgelegd.
4.3.107
De elektrische veiligheidsmaatregelen, zoals getroffen voor de oorspronkelijke elektrische
installatie, moeten ten minste in stand worden gehouden.
Als het veiligheidsniveau van de elektrische installatie afwijkt van het huidige veiligheidsniveau,
dan moet dit verschil door de installatieverantwoordelijke zijn aangegeven. De installatieverantwoordelijke
moet bepalen of de elektrische installatie
4.3.109
Als aan een elektrische installatie of een elektrisch arbeidsmiddel gebreken worden
waargenomen waardoor gevaar bestaat, moet de installatieverantwoordelijke onmiddellijk
worden geïnformeerd. De installatieverantwoordelijke moet bij alle geconstateerde
afwijkingen op basis van een risicobeoordeling maatregelen en een passende termijn
hierbij bepalen. Overeenkomstig het Arbeidsomstandighedenbesluit
4.4 Communicatie
Communicatie omvat elke wijze van overdracht van informatie naar personen.
Overdracht van informatie kan op de volgende wijzen plaatsvinden:
— mondeling;
— schriftelijk;
— visueel.
Alle informatie die nodig is voor een veilige bedrijfsvoering moet zijn overgebracht.
OPMERKING 1 Relevante informatie voor een veilige bedrijfsvoering kan zijn:
— de configuratie van
Zoeken in de website
52 resultaten
Zijn procedures en schriftelijke werkinstructies echt nodig?
Grotere organisaties hebben vaak een technische dienst met geschoolde vakmensen die onderhoud, uitbreidingen en mutaties verrichten aan de elektrische installaties. NEN 3140 geeft aan dat elektrotechnici schriftelijk moeten worden aangewezen als vakbekwaam persoon (VP). In deze aanwijzing worden zij door of namens de werkgever bevoegd verklaard tot het uitvoeren van elektrotechnische werkzaamheden
Inspectiefrequentie arbeidsmiddelen
Elektrische arbeidsmiddelen moeten met een passende regelmaat worden geïnspecteerd.
De tijd tussen twee opeenvolgende inspecties is afhankelijk van:
de frequentie van het gebruik;
de deskundigheid van de gebruiker;
de omgeving;
de kans op beschadiging.
De tijd tussen twee opeenvolgende inspecties moet voldoen aan bijlage K. Deze rekentool helpt u de inspectietermijn te berekenen
Installaties: steekproefbepaling
Steekproefbepaling
Met bijlage J kunt u de grootte van de steekproef bepaling bij inspecties van grote aantallen arbeidsmiddelen of installaties.
De inspecties mogen worden uitgevoerd door middel van een representatieve steekproef volgens een statistisch verantwoorde methode.
Steekproef voor omvangrijke machines
De installatieverantwoordelijke bepaalt of er een steekproef gehouden wordt. In bijlage
Opleiding en ervaring NEN 3140
Informatie uit training NEN 3140 Installatie- werkverantwoordelijke.
Voordat een persoon kan worden aanwezen worden de volgende criteria voor een VP, IV en WV getoetst.
Heeft de aan te wijzen persoon voldoende ervaring met elektrotechnische werkzaamheden?
Heeft de als IV aan te wijzen persoon voldoende inzicht in de installatie, waarvoor hij zal worden aangewezen?
Heeft de als werkverantwoordelijke
NEN 3140 Bijlage E
AnnexInformativeDetermining time between two successive instructions
Table E.1 — Determining instruction frequency
Factor
Rating
Weighting
NPEI
NPWA
SP
Basisinformatie elektrotechniek: een goede voorbereiding op de Stipel-basistoets
In 1999 vroeg mijn toenmalige leidinggevende of ik een vergadering wilde bijwonen van Stipel. Ik kreeg een korte uitleg en ben aangeschoven. Ik weet nog dat veel langs mij heen ging, omdat ik er natuurlijk zomaar inviel. Stipel bestond toen nog niet zo lang en moest nog bekendheid krijgen in de markt.
Wat is Stipel?
Stipel staat voor: Stichting Persoonscertificatie Energietechniek.
Ik ben de enige werknemer van het bedrijf. Kan ik mijzelf aanwijzen?
Het is mogelijk om uzelf aan te wijzen mits u dat helder vastlegt.
In bijlage D van NEN 3140 staat wat in elk geval in het aanwijzingsdocument moeten worden opgenomen.
Waar vind ik de wettelijke eisen voor het keuren van elektrische arbeidsmiddelen volgens NEN 3140?
Het keuren van elektrische arbeidsmiddelen volgens NEN 3140 is gebaseerd op de Nederlandse arbowetgeving. Deze is te vinden op de website van de Nederlandse overheid: www.overheid.nl (zoekterm: Arbeidsomstandighedenwet).
Wanneer mag ik mijzelf een installatieverantwoordelijke (IV) of werkverantwoordelijke (WV) noemen?
Bij de rol van IV of WV horen de volgende taken en verantwoordelijkheden:
Een IV/WV beschikt over voldoende vakkennis (verkregen door opleiding en/of ervaring).
Een IV/WV heeft kennis en kunde van de betreffende elektrische installaties en arbeidsmiddelen in de omstandigheden waarin deze worden gebruikt (bedrijfsvoeringsomstandigheden, deze zijn bedrijfsspecifiek).
Een IV/WV beschikt